Wat gebeurt er na 2024?

Sommige veranderingen zijn al aangekondigd, maar hebben tijd nodig. Omdat de regering is gevallen of omdat de uitvoering lastig of tijdrovend is.

AOW

Vanaf 2025 vervalt de Inkomensondersteuning AOW (IOAOW) van €5 per maand.

Echtscheiding

De invoering van de nieuwe Wet pensioenverdeling bij scheiding is niet op 1 juli 2022 van kracht geworden, maar wordt uitgesteld naar 2027. Gescheiden echtgenoten krijgen daarmee een eigen pensioenaanspraak, onafhankelijk van de partner.

Huren

Met de Wet betaalbare huur wordt een deel van de vrije huursector gereguleerd. Voor (sociale) woningen met maximaal 148 punten (volgens het woningwaarderingsstelsel) geldt een maximale huur van ongeveer €800 per maand. Bij nieuwe contracten voor woningen met 149 tot en met 186 punten geldt vanaf 2024 ook een huurmaximum van circa €1.100 per maand. De wet zou eerst ingaan in 2024, maar is een jaar opgeschoven.

Huurtoeslag

De Wet op de huurtoeslag wordt vereenvoudigd. Dit leidt tot:

  • Het afschaffen van de maximum huurgrenzen als voorwaarde voor het ontvangen van huurtoeslag. Hiermee wordt het bereik van de huurtoeslag verbreed en worden meer huurders met een laag inkomen maar te hoge huur geholpen bij de betaalbaarheid van hun woonlasten.
  • Het afschaffen van subsidiëring van servicekosten. De kale huurprijs wordt bepalend.
  • Het verlagen van de leeftijdsgrens om voor volledige huurtoeslag in aanmerking te komen van 23 jaar naar 21 jaar.

Mantelzorg

Vanaf 2025 wordt het begrip toeslagpartner aangepast. Dat moet voorkomen dat grootouders die bij hun kind gaan wonen, gekort worden op de toeslag.

Ouderenzorg

  • Vanaf januari 2025 wordt aan iedereen binnen de Wet langdurige zorg (Wlz) een persoonsgebonden budget (pgb) op maat toegekend. Voor nieuwe gevallen geldt de PGB op maat al vanaf 2023.
  • Huishoudelijke hulp verdwijnt uit het vaste Wmo-tarief van €19 per maand, maar dat kan niet eerder dan in 2026 gerealiseerd worden. Er komt door middel van landelijke normen een eerlijkere eigen bijdrage voor de huishoudelijke hulp met oog voor betaalbaarheid van lage- en middeninkomens.

Ouders met jonge kinderen

  • De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) voor kinderen tot 12 jaar wordt voor nieuwe gevallen afgeschaft in 2025. Dit wordt gedaan door een leeftijdsondergrens op basis van geboortejaar te hanteren. Kinderen die in 2025 of later geboren worden, tellen niet meer mee voor de IACK. De IACK wordt op deze wijze in 13 jaar uitgefaseerd, zodat in 2037 geen enkele ouder deze belastingkorting nog ontvangt.
  • De kinderopvang wordt pas met ingang van 1 januari 2027 bijna volledig betaald door de overheid. Eerst zou dit per 2025 ingaan.

Wegenbelasting

  • Rijd je op LPG? Dan ga je vanaf 2026 meer wegenbelasting betalen.
  • Eigenaren van kampeerauto’s kunnen nog tot 2026 gebruik maken van het Kwarttarief als zij de auto een deel van het jaar niet gebruiken. Met ingang van 1 januari 2026 wordt dit tarief aangepast naar de helft van het reguliere tarief.
  • Het kabinet is van plan om de vrijstelling van wegenbelasting voor oldtimers vanaf 2028 te versoberen. Dit betekent dat er geen nieuwe auto’s meer worden toegelaten tot de vrijstelling.

Werknemers

Het vaste contract moet weer de norm worden. Dit betekent dat nulurencontracten en de huidige min-/max-contracten worden vervangen door een basiscontract. Deze regeling zal niet voor studenten en scholieren gelden. Ook wil de overheid een einde maken aan het verplichte interval van 6 maanden tussen tijdelijke contracten en wordt de positie van uitzendkrachten verbeterd. Het is onderdeel van een omvangrijk pakket maatregelen om de arbeidsmarkt te hervormen. Het kabinet zou er in het voorjaar van 2024 mee beginnen, zodat de eerste aanpassingen in 2025 ingevoerd kunnen worden. De val van het kabinet maakt dit onzeker.

Zelfstandigen

Vakbonden zijn bezorgd over het feit dat zelfstandig ondernemerschap de komende jaren aantrekkelijk blijft, in vergelijking met de vaak flexibele arbeidscontracten. Naast het afbouwen van de zelfstandigenaftrek zijn nog enkele maatregelen voorzien, maar die duren langer dan verwacht.

  • Er is opnieuw uitstel voor het aanpakken van werkenden die ten onrechte als zelfstandige te boek staan, maar in feite werknemers van hun opdrachtgever zijn. De Belastingdienst krijgt uiterlijk tot 1 januari 2025 de tijd om op te treden tegen schijnzelfstandige constructies. De overheid belooft beterschap: ‘De inrichting van betere handhaving van schijnzelfstandigheid hangt samen met de nog te nemen maatregelen.’ Vager kun je het niet zeggen.
  • De verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen komt op zijn vroegst in 2027.
NAAR INHOUD